“De missie van Het Goed is actueler dan ooit.”
Vijfentwintig jaar geleden startte Het Goed met de missie: werk maken van hergebruik. “Dat voornemen is nu relevanter dan ooit”, weet Willem van Rijn. De directeur van Het Goed blikt terug op de afgelopen jaren en kijkt vooruit. “Ik ben trots op wat we hebben bereikt. Maar zolang de Nederlandse economie nog niet circulair is en er nog mensen langs de zijlijn van de arbeidsmarkt staan, hebben wij een belangrijke taak.
Sinds 2003 staat Willem van Rijn aan het roer van Het Goed. Hij noemt het ‘een groot voorrecht’ om leiding te mogen geven aan dit bedrijf. Als een man ‘uit de technische hoek met een milieuachtergrond’ geeft het hem veel voldoening om met mens en milieu bezig te zijn. “Fantastisch om op professionele wijze dagelijks werk te maken van hergebruik samen met 1200 collega’s. Laatst hebben we een prachtig jubileumfeest gehad in Oosterbeek. Daar zag ik dik, dun, groot, klein, wit, zwart, in rolstoel of niet: van deze brede afspiegeling van de maatschappij word ik heel blij”, glimlacht Van Rijn.
Als student al dacht hij na over hoe hij zijn steentje kon bijdragen om de wereld een klein beetje beter te maken. Die wens viel met zijn komst bij Het Goed perfect op zijn plaats toen hij er begon als projectleider. “Ik voel me een bevoorrecht mens dat ik met zo’n grote club met bevlogen mensen mag werken.”
Hot topic
Hoewel Het Goed al een kwart eeuw meegaat, is de missie allerminst verouderd. “In Nederland staan nog ruim 1,2 miljoen mensen langs de kant van de arbeidsmarkt dus arbeidsparticipatie is nog steeds een hot topic. Ook de duurzaamheidgedachte van spullen een tweede leven te geven is erg van deze tijd. Het Goed startte in 1992 met onze eerste vestiging in Deventer met 25 banenpoolers, zoals de mensen uit de arbeidsregeling toen nog heetten maar die we nu participatiemedewerkers noemen. Mensen die een stukje begeleiding nodig hebben. De regelingen zijn de afgelopen vijfentwintig jaar telkens veranderd maar de mensen zijn hetzelfde gebleven. Het besef dat we binnen onze economie kringlopen moeten sluiten is meer doorgedrongen dan ooit. Maar ook dat je mensen moet laten participeren om de boel bij elkaar te houden.”
Inmiddels zijn er vijfentwintig vestigingen van Het Goed. Het kringloopbedrijf brengt mens en milieu bij elkaar op de markt. “Als retailorganisatie zijn de kringloopwarenhuizen voor ons een middel om goede dingen voor mens en milieu te doen.”
Duizelingwekkend goede cijfers
Van Rijn is apetrots op de prestaties van de afgelopen kwart eeuw. De cijfers met daarbij sprekende vergelijkingen dreunt hij moeiteloos op uit zijn hoofd. “Globaal becijferd hebben we de afgelopen vijfentwintig jaar 300.000 ton grof huishoudelijk afval ingezameld. Dat komt neer op een file van 640 kilometer van onze bakwagens vol grof huishoudelijk afval dat de afgelopen jaren is bespaard. Een route van onze vestiging in Emmen naar Parijs, waar het klimaatakkoord eind 2015 is gesloten. Dat komt neer op 250.000 ton CO2-uitstoot die we hebben voorkomen. Dat staat ongeveer gelijk aan de jaarlijkse CO2-opname van de complete Veluwe met al zijn bossen en groen.”
En de succescijfers gaan door: “We hebben ongeveer 12.500 mensen op weg geholpen naar werk of een vervolgopleiding.” De realiteit is dat een grote groep mensen nooit het minimum loon zal kunnen verdienen, weet Van Rijn. “Maar ieder mens heeft een talent. Ik vind het belangrijk dat die mensen een reden hebben om ’s ochtends hun bed uit te komen en meedoen in de maatschappij. Dat ze met collega’s om kunnen gaan en ’s avonds thuis een verhaal hebben.”
Meer goederen please
De directeur is tevreden met waar Het Goed nu staat. “We vergeten daarbij niet dat het uiteindelijk de klanten zijn die ons bestaan mogelijk maken. Mensen blijven ons spullen gunnen en kopen ze ook in onze winkels. De afgelopen vijfentwintig jaar hebben we 22,5 miljoen betalende klanten over de vloer gehad. Als die elkaar allemaal een hand zouden geven, dan kunnen ze de omtrek van de aarde omarmen. Wij groeien jaarlijks nog steeds.”
Om ze beter van dienst te kunnen zijn, heeft Het Goed nog wel wat te veranderen voegt Van Rijn als kritische noot toe. “Het blijft bijvoorbeeld lastig om zo snel mogelijk de goede spullen te selecteren en ze snel de winkel in te krijgen. De winkels kunnen nog voller en aantrekkelijker gemaakt worden. We experimenteren al met shop-in-shopmodellen. Zo is er in Deventer een aparte hoek met Nina’s dag, een extra sfeervol ingericht hoekje waarin we vintage ogende kleding en goederen presenteren. We experimenteren nu ook met andere concepten in winkels, zoals kledingreparatie en fietsenmakers onder het label Goed Werk. Dat versterkt de winkelbeleving en je geeft je klanten meer service.”
Handige jongens aan het werk
Ook al trekt de economie weer aan, er is nog steeds een mismatch in vraag en aanbod. “Landelijk is er veel behoefte aan technici. Er zijn genoeg handige jonge jongens die thuis aan hun brommertjes sleutelen, maar die geen startkwalificaties hebben. Het zou fantastisch zijn als we die mensen werknemersvaardigheden kunnen bijbrengen om ze zo naar werk toe te leiden. We willen samen met de ROC’s kijken of mensen zich kunnen bijscholen in ons bedrijf. En met behulp van jobcarving, werk opsplitsen in deeltaken zodat iemand het werk eruit kan halen dat hij goed kan, willen we mensen met verminderde inzetbaarheid nuttig werk laten doen op hun manier. Bijvoorbeeld bij het sorteren van textiel. Als je iemand de opdracht geeft om de spijkerbroeken er tussenuit te halen en een ander de witte T-shirts, dan kan er later iemand met een goed modegevoel door de aparte bakken heen.”
Het merendeel van de Nederlanders komt nog niet in kringloopwinkels, weet de bevlogen directeur. “Wij willen dat gebruikt goed gewoon goed wordt. Daarom zullen er vestigingen bijkomen. De komende vijf tot tien jaar willen we verdubbelen in omvang.”
Een indrukwekkend streven. Maar wanneer is Willem van Rijn nou echt tevreden? “Wanneer de Nederlandse economie circulair is, maar ook wanneer er voor iedereen plaats is op de arbeidsmarkt.”
